“Onze eerste halve marathon…”
Voorbereiding
Monique en Julliett zijn al redelijk ervaren hardlopers. De vijf kilometer kent geen verrassingen meer voor hen. De 10 was een volgende stap. Door het volgen van een hardloopschema voor de 10 km, kriebelde al snel de Zeven Heuvelenloop in Nijmegen. Dit is een loop van 15 km. Toen deze uitdaging afgevinkt kon worden, volgde al snel de drang naar de 20 km. De link naar een halve marathon was toen snel gelegd. Het werd de halve marathon van Schoorl (Noord Holland). Hardlopen smaakt voor Monique en Julliett duidelijk naar meer.
Monique: “Drie keer in de week trainen we; een keer 9 km, een keer 12 km en een keer een stukje langer, zo rond de 15 km. Twee weken voor de start van de halve marathon hebben we voor het eerst 20 km gelopen. Dat hebben we dus maar 2 keer gedaan. Dat klinkt misschien weinig, maar meer was eigenlijk ook niet nodig”.
De dag van de halve marathon
De start is om 11.00uur in Schoorl. “Dat betekent in ons geval om 7.00uur op staan, 8.00uur ontbijt en om 8.30 in de auto richting Schoorl. Het ontbijt bestaat uit yoghurt met muesli en een gekookt eitje. Drinken doen we niet anders dan normaal.
Het was die dag zo’n 6 graden, fris, maar prima loopweer. Na een korte warming up van joggen, rekken enstrekken, stonden we om 11.00uur helemaal klaar voor de start. Jammer genoeg was het weer wat regenachtig; droog weer loopt nou eenmaal fijner. Maar we hadden onze kleding aangepast. Door 2 dunne jasjes aan te trekken, konden we na zo’n 8 km één jasje uit trekken. Het tweede jasje was gewoon nog droog. Wel houden we de pet op en de handschoenen aan.
Een halve marathon vraagt energie van je lijf en eten onderweg is daarom aan te raden. Wij dronken een paar slokken energy drank, een hap banaan en na zo’n 14km ging er ook wel een powerreep in. Dit gaf ons alweer voldoende energie. Te veel eten onderweg is niet fijn. Bij de voorbereidingen merk je vanzelf waar je lichaam behoefte aan heeft. Voor de zekerheid zit er in mijn jaszak paracetamol, pleisters, dextro en zakdoekjes”.
De halve marathon van Schoorl is een gevarieerde run door stukken bos en door de duinen. “Echter”, zegt Monique, “het laatste stuk door de duinen is het zwaarste gedeelte. Het is vals plat, lang en daardoor eigenlijk best saai. Doorbijten dus. Het is fijn dat we met z’n tweeën lopen. Dan kunnen we elkaar onderweg van morele steun voorzien.
En dan, na 2 uur en 10 minuten komen Juul en ik over de finish! Halve marathon is een feit en daar zijn wij super trots op! Dit smaakt naar meer! Wat de volgende halve marathon wordt, weten we nog niet.
Maar één ding is zeker, twee keer per jaar willen wij een halve marathon lopen!
Geef een reactie